De Tervuerense herder, ook Tervurense of Tervuurse herder gespeld, behoort tot de groep van de Belgische herders . Hij is naar de gemeente Tervuren, bij Brussel, vernoemd. Uiterlijk Ze komen voor in rood, grijsbruin gemêleerd en alle kleurschakeringen van grijs en bruin tot en met een zwart masker is altijd verplicht. De kleuren hebben allemaal een naam, zoals grijs: Gris charbonné is. Beharing is lang en ze hebben een typishe 'kraag'. Zijn schofthoogte is 56 tot 66 centimeter, afwijking van enkele centimeters naar boven of naar beneden is toegestaan. Zijn gewicht kan hierdoor variëren van 25 tot 35 kilogram. Verzorging Deze honden mogen niet te veel gekamd of geborsteld worden, aangezien anders de dikke ondervacht beschadigd zou kunnen worden. Tijdens de rui kan een grofgetande kam wel goede diensten bewijzen. Veelvuldig borstelen van een tervuerens herder buiten de rui periode heeft alleen maar tot gevolg dat de hond nog meer haar verliest. Tervuerense hebben veel beweging en aandacht nodig. De honden moeten goed getraind zijn want ze houden van beweging,zoals achter een bal of frisbee aan rennen. Tervuerense herders hebben en consequente maar vriendelijke opvoeding nodig door hun gevoelige en speelse aard. Aard De Tervuerense herder moet, net zoals zijn naaste familielid de Groenendaeler, van jongs af aan gewend raken aan kinderen en andere huisdieren, dan levert dat later geen enkel probleem op. Ze zijn aanhankelijk en zijn het liefst dicht bij hun baas. Zoals alle Belgische herders wordt hij vaak als gezinshond of beschermhond gehouden. De Tervuerense herder is razend intelligent. Het is aanbevelenswaardig deze hond van jongs af aan zijn plaats te leren kennen. Dan biedt hij als hij ouder is weinig problemen, al zal hij altijd blijven proberen promotie te maken in de roedel. Geschiedenis Geschiedenis Geschiedenis van de Tervuerense Herder Op het einde van de jaren 80 waren er in België een groot aantal honden die de kudden dreven. Het type was heterogeen en de vachten uiterst verscheiden. Met het doel wat orde op zaken te stellen vormden enkele gedreven hondenliefhebbers een groep. Ze lieten zich adviseren door Professor A.Reul van de veeartsenijschool te Creghem, die mag worden beschouwd als de echte pionier en grondlegger van het ras. Het ras is officieel ontstaan tussen 1891 en 1897. Op 29 september 1891 werd te Brussel de "Club du Chien de Berger Belge" opgericht en op 15 november van hetzelfde jaar organiseerde Prof. A.Reul een bijeenkomst in Cureghem van 117 honden, wat toeliet om het bestand te tellen en de beste exemplaren te selecteren. De daaropvolgende jaren werd begonnen met een echte fokselectie, door toepassen van extreem dichte inteelt op enkele dekreuen. Op 3 april 1892 werd door de "Club du Chien de Berger Belge" reeds een eerste, erg gedetailleerde ras standaard opgesteld. Eén enkel ras was toegelaten, met drie haarvariëteiten. Nochtans, zoals men destijds zei, was de Belgische Herder maar een hond van `de kleine luiden`, een ras dus dat nog prestige miste. Dit had als gevolg dat slechts in 1901 de eerste Belgische Herders in het stamboek van de Koninklijke Maatschappij Sint-Hubertus (L.O.S.H.) werden ingeschreven. In de loop van de jaren die volgden namen de bestuurders van de herdershondenliefhebberij vastberaden de taak op zich om eenheid te brengen in het type en om de fouten te verbeteren. Men mag stellen dat reeds rond 1910 het type en het karakter van de Belgische herder vastlagen. In de loop van de geschiedenis van het ras heeft het probleem van de verschillende variëteiten en de toegelaten kleuren aanleiding gegeven tot veel controversen. In tegenstelling hiermede zijn er echter nooit meningsverschillen geweest met betrekking tot de lichaamsbouw van de Belgische Herder, zijn karakter en zijn werkaanleg. Karakter van de Tervuerense Herder De Belgische Herder is een waakzame en actieve hond, bruisend van vitaliteit en altijd bereid om tot actie over te gaan. Aan zijn aangeboren geschiktheid als bewaker van de kudden paart hij de kostbare goede eigenschappen van de allerbeste waakhond voor huis en erf. Hij is, zonder de minste aarzeling, de hardnekkige en vurige verdediger van zijn meester. Hij verenigt in zich alle vereiste kwaliteiten om een herders-, waak-, verdedigings- en diensthond te zijn. Zijn levendig en alert temperament en zijn zelfverzekerd karakter, zonder ook maar enige vrees of agressiviteit, moeten blijken uit de houding van zijn lichaam en de fiere en opmerkzame uitdrukking van zijn fonkelende ogen. Tijdens het keuren zal men rekening houden met een `rustig` en `onverschrokken' karakter. Rasstandaard van de Tervuerense Herder Land van herkomst: Belgie Korte geschiedenis van het ras Aan het einde van de vorige eeuw begon men in Belgie een aantal varianten van de herdershond op zuiverheid te fokken, hetgeen ertoe leiddedat de Belgische Kennel Club in 1897 vier verschillende rassen goedkeurde, namelijk de langharige Groenendaeler en Tervuerense Herder, de kortharige Mechelaar en de ruwharige Lakense Herder. Zoals blijkt uit ondergenoemde standaard betreft het dus een ras dat in verschillende kleuren en haartypen voorkomt. De Belgische Herdershond is, zoals de naam doet vermoeden, een werkende hond, die goed gebouwd, oplettend en levendig dient te zijn. Het is een uitstekende waakhond. Rasbeschrijving Hoofd: langgerekt, droog, de snuit is even lang als de schedel of iets langer. Middelmatig brede, eerder vlakke dan ronde schedel, de lijnen tussen neusrug en voorhoofd verlopen evenwijdig, matige stop. Droge, zeer vlakke wangen, zwarte neusspiegel en zwarte lippen. Ogen: middelgroot, licht amandelvormig, donkerbruin. Oren: hoog aangezet, klein, dirhoekig, stijf en rechtopstaand. Gebit: schaargebit, tanggebit wordt geaccepteerd. Hals: middelmatig lang, krachtig, droog, licht gebogen nek. Lichaam: vierkant, iets langer bij de teef, krachtig, maar niet zwaar. Matigbrede, maar diepe borstkas, duideljk afgetekende schoft, vlakke rug, brede lendenpartij, gespierd, licht aflopende croupe, buiklijn gelijkmatig opgetrokken. Ledematen: krachtige botten, tamelijk geopende hoek van schouder en opperarm, rechte voorbenen en voormiddenvoeten. Krachtige achterbenen, evenwijdige, brede dijbenen, goed bespierd, matige hoeking van knie- en spronggewricht, lage sprong. Voeten: goed gesloten, sterke en harde voetzolen, achtervoeten iets ovaal. Staart: krachtig aan de basis, middelmatig lang, hangend of iets omhoog gebogen in rust, in actie iets opgericht, echter nooit over de rug gedragen. Gangwerk: levendig, vrij en tamelijk kort, groot uithoudingsvermogen. Vacht: Uitsluitend zwart-gevlamd vaalros (fauve-charbonné) en zwart-gevlamd grijs (gris-charbonné), met zwart masker; de zwart-gevlamde vaalrosse kleur blijft nochtans de voorkeur hebben. Het vaalros (fauve) moet warm zijn, noch licht, noch uitgewassen. Een hond wiens vachtkleur anders is dan zwart-gevlamd vaalros of niet de gewenst intensiteit vertoont, kan niet beschouwd worden als een elitehond. Schofthoogte: reu 62 cm, teef 58 cm, afwijking - 2 cm, + 4 cm. ----------------------------- Grootte: 56-66 cm Gewicht: 27,5-28,5 kg Kleur: Grijs, rood en licht geelbruin Vachtsoort: Halflange bovenvacht met ondervacht Gem. Leeftijd: 12-13 Jaar Kenmerken: - Ronde poten - Opgerichte oren - Haar is op het gezicht donkerder - Atletische achterbenen Gezondheid van de Tervuerense Herder De Tervuerense Herder kan HD- (heupdysplasie), ED- (elleboogdysplasie). De kans dat deze aandoeningen bij een hond uit geteste ouders voorkomt is veel kleiner dan uit niet geteste ouders. Vraag dus aan de fokker naar de testresultaten van de ouders, een goede fokker laat deze graag zien en heeft kopieën van de resultaten van de vader of kan deze via een site laten zien. HD, ED Testen worden door een specialist uitgevoerd. Voor HD en ED worden rontgenfoto's gemaakt en beoordeeld door de Raad van Beheer. De beste uitslag voor HD is HD-A. Met HD-B (een overgangsvorm) mag ook vaak gefokt worden. Verzorging van de Tervuerense Herder De Tervuerense herder heeft veel vachtverzorging nodig. Opvoeding van de Tervuerense Herder De Belgische Herder heeft een consequente opvoeding met zachte hand nodig: door een harde aanpak wordt hij onwillig